Op de school waar ik werk, wordt sinds enige tijd het vak LEF! onderwezen. Het duurde even voordat ik doorhad dat het een acroniem was voor levensbeschouwing, ethiek en filosofie. Toen het vak per toeval ter sprake kwam tijdens één van mijn eigen lessen, viel bij een leerling plotseling het kwartje: “Dus ik krijg al die tijd al filosofieles?” Haar verbazing was veelzeggend. Een snelle rondvraag leerde mij dat bijna niemand van mijn leerlingen wist waar de afkorting eigenlijk voor stond.

Laat het tot u doordringen. Filosofie, een prachtig, betekenisvol woord, noemen we geen filosofie meer, maar LEF! Alsof we voetbal opeens ZOEF! gaan noemen, uit angst om binding met de jonge generatie te verliezen. Plato zou zich omdraaien in zijn graf, als hij wist wat er met zijn content gebeurt. Hoe die gebrand wordt.

Elk woord dat we lezen of horen, moet semantisch worden verwerkt. Bij een bekend woord verloopt de semantische verwerking razendsnel; onze hersenen hebben een ‘lexicaal geheugen’ waarin bekende woorden en hun betekenissen zijn opgeslagen. In een microseconde kan zo een wereld van betekenis, gevoel en associatie worden opgeroepen. Zelfs iemand die feitelijk helemaal niets van filosofie weet, begrijpt intuïtief wat er ongeveer mee bedoeld wordt, louter doordat het woord al eeuwenlang in onze cultuur ligt ingebed en zo een schat aan betekenis en geschiedenis met zich meedraagt. Dat is nuttig en waardevol.

Een nieuw of onbekend woord prikkelt in het gunstigste geval onze nieuwsgierigheid, maar er is cognitieve inspanning vereist om de betekenis te achterhalen. En de omstandigheden voor het leveren van cognitieve inspanning zijn in het digitale tijdperk niet gunstig: mensen lezen gehaast, zijn overprikkeld en worden voortdurend afgeleid. Het gevolg is dat dergelijke, nieuwe termen minder snel aanhaken in ons lexicaal geheugen.

De naam van iets zou bloot moeten geven waar dat iets misschien over zou kunnen gaan. Bij ouders die in een folder het woord LEF! voorbij zien komen, dringt de betekenis ervan waarschijnlijk niet door, of ze gaat verloren in de zee van informatie die op dat moment ook moet worden verwerkt. Hetzelfde geldt voor de leerling die dagelijks tientallen afkortingen voorbij ziet komenl. Ongetwijfeld is hem of haar aan het begin van het jaar een keer uitgelegd waar LEF! voor staat, maar dat is niet genoeg om de rijk geschakeerde betekenis van een woord als filosofie te laten beklijven. Langzaamaan wordt het beeld dat het woord oproept -ook bij mensen die er niet in onderwezen zijn- niet meer opgeroepen. Dus gaat er iets verloren.

We hebben scholen opgericht om de kennis van de mensheid over te dragen van de ene generatie op de andere. Daarnaast dienen we leerlingen te ‘leren denken’. Het belang van parate kennis voor dit proces wordt nogal eens onderschat. De achtergrondkennis over een onderwerp en de daaraan gekoppelde woordenschat zijn veel waardevoller voor het leerproces, dan de skill om snel iets op je device op te kunnen zoeken.

Begrip en inzicht ontwikkelen zich zoals een klimop groeit: nieuwe begrippen en concepten haken aan bij de woorden die we al kennen; reeds aanwezige kennis accommodeert nieuwe kennis. Een gedegen feitenkennis is een noodzakelijke voorwaarde om nieuwe kennis en informatie te kunnen accommoderen. Met het telkens veranderen van woorden haal je de richeltjes weg waaraan de wortels van onze ‘klimop der kennis’ zich kunnen hechten, waardoor zij nooit tot boven de muur zal kunnen groeien.

Op sommige middelbare scholen staat er geen scheikunde, natuurkunde en biologie meer op het rooster, maar science. Natuurwetenschap, in dit geval. U weet wel, die uiterst betrouwbare methode tot kennisverwerving die al enige tijd met afkalvend vertrouwen te maken heeft, mede doordat steeds minder mensen nog begrijpen wat de betekenis van het concept ‘wetenschappelijke methode’ precies behelst. Als we de positieve connotatie, oftewel de gevoelswaarde, van het woord wetenschap willen herstellen, dan moeten we het geen science gaan noemen.

We zouden ervoor moeten waken om de etymologische band met het verleden rücksichtslos door te snijden. Woorden als filosofie en wetenschap horen vol in het zonlicht te staan, in plaats van te worden weggemoffeld in spitsvondige acroniemen, of hippe Engelse termen. Hoe minder vertaalslagen onze hersenen tijdens leerprocessen hoeven te maken, hoe beter. Bij elke vertaling kan er namelijk weer een stukje betekenis of nuance verloren gaan. Heb daarom lef: noem filosofie gewoon weer filosofie. En wetenschap wetenschap.